Sterke botten na de overgang

Sterke botten na de overgang

Bij vrouwen wordt in de eerste jaren na de overgang het bot sneller afgebroken. Vrouwen hebben daardoor op latere leeftijd meer kans op botontkalking (osteoporose) dan mannen. Osteoporose geeft op zich geen klachten, maar zorgt wel voor een grotere kans op een botbreuk.

U kunt de kans op een botbreuk verminderen door:

  • voldoende te blijven bewegen;
  • gezond te eten met voldoende calcium (vier porties zuivel per dag of een supplement);
  • vallen te voorkomen;
  • vanaf de leeftijd van vijftig jaar (na de overgang) extra vitamine D te nemen.
"Voor vrouwen van 50 tot 70 jaar geldt het advies om dagelijks 10 mcg vitamine D te nemen. Vanaf 70 jaar is het advies 20 mcg."

Vitamine D

Vitamine D speelt een belangrijke rol bij de botopbouw. Het is nodig om calcium uit de voeding in het lichaam op te nemen. Ons lichaam vormt zelf vitamine D onder invloed van zonlicht, mits we elke dag ten minste 15 minuten buiten zijn. De hoeveelheid ultraviolette straling die hiervoor nodig is, is alleen in de maanden april tot oktober in ons land toereikend. In de winter is men voor vitamine D afhankelijk van in de zomer opgebouwde lichaamsreserves in combinatie met vitamine D uit voeding of supplementen. Ook maakt het uit of iemand een lichte of een donkere huid heeft. In een donkere huid wordt minder vitamine D gevormd dan in een lichte huid.

Vitamine D kan ook via voedsel worden ingenomen. Het zit vooral in (vette) zeevis, zoals haring en makreel, maar ook in margarine, halvarine en boter.

Vitamine D na de overgang

Het is aangetoond voor ouderen vanaf 70 jaar dat extra vitamine D per dag (20 mcg) het risico een bot te breken kan verminderen. Het is aannemelijk dat extra vitamine D ook helpt het botverlies tegen te gaan bij vrouwen van 50 tot 70. Vandaar het advies voor alle vrouwen van 50 tot 70, ongeacht huidskleur en mate van buitenkomen, om dagelijks 10 mcg vitamine d te slikken.

"Goed door de overgang met onze producten en adviezen."