De invloed van medicijnen op de sportprestatie

De invloed van medicijnen op de sportprestatie

Bij een gezonde leefstijl hoort regelmatig bewegen of sporten. Veel mensen die sporten moeten daarnaast geneesmiddelen gebruiken. Deze geneesmiddelen hebben soms een positieve of negatieve invloed op de sportprestatie. In sommige gevallen wordt het gebruik van bepaalde geneesmiddelen zelfs als doping gezien. Voor wedstrijdsporters is het van belang hier rekening mee te houden.

"Geneesmiddelen kunnen zowel een positieve als een negatieve invloed op het prestatievermogen van uw lichaam hebben"

Met welke medicijnen mag u niet sporten?

Er zijn geen medicijnen waarbij u niet mag sporten of bewegen. Wel zijn er ziektes waarbij het wordt afgeraden intensief te sporten. Dit geldt bijvoorbeeld voor hart- en vaatziekten. Een minder intensieve lichaamsbeweging, die aansluit op uw conditie en uw gezondheidstoestand is daarentegen juist goed. Uw medicijngebruik is dus nooit een reden om niet te sporten, uw gezondheidstoestand kan dat wel zijn.

Welke middelen zijn nadelig voor de sportprestatie?

Wanneer u gaat sporten gaat uw hartslag omhoog, gaan uw longen wijder open staan en neemt uw alertheid en reactievermogen toe. Hierdoor kan uw lichaam beter presteren. Sommige geneesmiddelen, maar ook genotsmiddelen, gaan deze natuurlijke lichamelijke reactie tegen en kunnen daardoor de sportprestaties negatief beïnvloeden.

Geneesmiddelen die de sportprestatie negatief beïnvloeden:

  • bètablokkers: deze middelen worden meestal gebruikt bij hoge bloeddruk en hart- en vaatziekten en soms bij migraine of examenvrees. Ze onderdrukken het hartritme en de mogelijkheid van de longen om wijder open te gaan staan. Sporters kunnen hier last van hebben; hun hartslag gaat onvoldoende omhoog en de longen kunnen onvoldoende zuurstof opnemen.
  • medicijnen die het reactievermogen beïnvloeden: deze grote groep geneesmiddelen is te herkennen aan de gele waarschuwingssticker die de apotheek op de verpakking plakt. Voorbeelden van geneesmiddelen die het reactievermogen beïnvloeden zijn slaap- en kalmeringsmiddelen, antidepressiva en antipsychotica. Een verminderd reactievermogen leidt vaak tot sufheid en onhandigheid. Hierdoor wordt de sportprestatie verminderd.
  • alcohol en tabak: alcohol heeft, zeker in grotere hoeveelheden, een negatieve invloed op het reactievermogen. Door het roken van tabaksproducten neemt de capaciteit van de longen om zuurstof op te nemen af.

Welke geneesmiddelen zijn doping?

Wanneer een geneesmiddel een positief effect heeft op de sportprestatie, wordt het over het algemeen als doping gezien. Ook wanneer u deze geneesmiddelen gebruikt vanwege een ziekte die behandeld moet worden, wordt het meestal als doping beschouwd. Zolang u niet aan wedstrijdsport doet is dat geen probleem. Wanneer u wel deelneemt aan wedstrijden, is het bij veel ziektes mogelijk om dispensatie voor het geneesmiddelgebruik aan te vragen. Meer informatie hierover vindt u hier.

Categorieën sportprestatie verbeterende geneesmiddelen:

  • spierversterkende middelen
  • bloedverbeterende middelen
  • stimulerende middelen
  • sterke pijnstillers en ontstekingsremmers
  • maskerende middelen

Spierversterkende middelen

Spierversterkende middelen zorgen voor meer spiergroei. Dit kan vooral van belang zijn bij krachtsporten, zoals gewichtheffen, de sprintnummers in de atletiek en de krachtnummers bij het turnen. Ook bij andere sporten kan een prestatiebevorderend effect worden verwacht bij het gebruik van spierversterkende middelen. Onder de spierversterkende middelen worden gerekend de anabole steroïden en de anti-oestrogenen. Dat zijn middelen die de werking van het vrouwelijk geslachtshormoon oestrogeen tegengaan. Ook groeihormonen bevorderen de spiergroei en staan om die reden op de dopinglijst. Ook insuline staat op deze lijst, omdat het een anabool (opbouwend) effect op de spieren heeft. Uw eigen lichaam maakt echter voldoende insuline aan wanneer u geen diabetes hebt en het is nooit bewezen dat extra toediening van insuline voor meer spiergroei zorgt.

Bloedverbeterende middelen

Bloedverbeterende middelen zorgen voor een grotere aanmaak van rode bloedlichaampjes. Hierdoor kan het bloed meer zuurstof vervoeren naar de spieren en neemt het uithoudingsvermogen toe. Dit is vooral van belang bij duursporten, zoals wielrennen, lange afstandsschaatsen en marathonlopen, maar een goede conditie is essentieel bij zeer veel sporten. Geneesmiddelen die de aanmaak van rode bloedcellen stimuleren zijn de zogenaamde EPO’s.

Stimulerende middelen

Stimulerende middelen zijn de middelen die een oppeppend effect hebben door verhoging van de adrenaline-afgifte of door het verhogen van de hartslag en het wijder maken van de longen. Stimulerende middelen hebben geen effect op de spierkracht of het uithoudingsvermogen, maar hebben vooral een mentaal effect en brengen het lichaam sneller in een toestand waarin beter gepresteerd kan worden. Voorbeelden van stimulerende middelen zijn amfetamine, cocaïne, efedrine (dit zit in sommige buitenlandse neussprays en hoestmiddelen) en methylfenidaat (Ritalin). Ook de luchtwegverwijdende medicijnen salbutamol (Ventolin), salmeterol en formoterol zijn in principe stimulerende middelen en staan daarom op de dopinglijst, tenzij de sporter ze gebruikt voor de behandeling van een luchtwegaandoening en ze gebruikt worden in normale dagdoseringen.

Sterke pijnstillers

Sterke pijnstillers zoals morfine, oxycodon en cannabis en afgeleiden, en ontstekingsremmende medicijnen, zoals prednisolon, werken competitievervalsend omdat ze ervoor zorgen dat een sporter toch kan blijven sporten ondanks de aandoening waaraan hij of zij lijdt. De middelen hebben geen direct prestatieverhogend effect, maar doordat de gebruiker intensiever kan trainen kan uiteindelijk beter worden gepresteerd.

Bij veel wedstrijdsporten wordt, zeker op het hoogste niveau, regelmatig gecontroleerd op de aanwezigheid van verboden middelen (doping) in het bloed of de urine. Sommige geneesmiddelen kunnen het testresultaat beïnvloeden. Ze maskeren de aanwezigheid van verboden stoffen of zorgen dat deze sneller worden uitgescheiden. Ook deze maskerende middelen zijn daarom verboden en staan op de dopinglijst. Voorbeelden van maskerende middelen die in Nederland als geneesmiddel worden gebruikt zijn alle diuretica (plastabletten) en desmopressine (Minrin).