Schildklieraandoeningen komen regelmatig voor bij vrouwen boven de 50 jaar. Hoe weet u of uw klachten het gevolg zijn van de overgang of door uw schildklier komen?
Er zijn maar weinig symptomen die heel specifiek wijzen op een schildklieraandoening en deze symptomen komen niet bij iedereen met een schildklieraandoening voor.
Een opgezwollen schildklier, ook wel struma of krop genoemd, is wel typerend voor een schildklieraandoening en kan zowel bij een te snel werkende schildklier als een te traag werkende schildklier voorkomen.
Uitpuilende ogen komen soms voor en wijzen sterk in de richting van een te snel werkende schildklier.
Vocht vasthouden in het gezicht, waardoor u een pafferig gezicht krijgt met dikke oogleden en uitgesproken wallen onder de ogen, wijst sterk in de richting van een te traag werkende schildklier.
Typerend voor de overgang is een verandering in het menstruatiepatroon en uiteindelijk het uitblijven van de menstruatie. Ervaart u bovenstaande klachten, maar is uw menstruatiepatroon onveranderd, dan is het minder waarschijnlijk dat de klachten met de overgang te maken hebben.
Transpiratieaanvallen, gejaagdheid, hartkloppingen en menstruatieverstoringen zijn symptomen die zowel op de overgang als op een te snel werkende schildklier kunnen duiden.
Traagheid, somberheid, gewichtstoename, vocht vasthouden en vergeetachtigheid zijn daarentegen symptomen die bij een te traag werkende schildklier, maar ook bij de overgang kunnen horen.
De schildklier geeft schildklierhormoon af, dat een belangrijke rol speelt bij verschillende lichaamsfuncties. De meest voorkomende schildklierproblemen zijn een te traag werkende schildklier (hypothyreoïdie) en een te snel werkende schildklier (hyperthyreoïdie). Beide aandoeningen komen ongeveer vijf keer vaker voor bij vrouwen dan bij mannen en beide komen vaker voor met het stijgen van de leeftijd. Op 75-jarige leeftijd heeft bijvoorbeeld ruim een op de acht vrouwen een te traag werkende schildklier. Zowel een te traag werkende als een te snel werkende schildklier kan diverse symptomen geven, waarvan de meeste ook kunnen voorkomen bij andere aandoeningen.
Om zekerheid te krijgen of uw klachten te maken hebben met de overgang of met uw schildklier kan een bloedtest uitsluitsel geven. In het bloedmonster, dat uw huisarts of het laboratorium kan afnemen, wordt de concentratie van TSH, het Thyreoïd Stimulerend Hormoon, bepaald. TSH wordt afgegeven door de hypofyse in uw hersenen en zet uw schildklier aan om schildklierhormoon te produceren. Daarnaast wordt de concentratie schildklierhormoon, ofwel T4, in het bloedmonster gemeten.
Mogelijke uitslagen kunnen zijn:
• Verhoogd TSH in combinatie met een verlaagd T4: diagnose hypothyreoïdie
• Verlaagd TSH in combinatie met een verhoogd T4: diagnose hyperthyreoïdie
• Normaal TSH en een normaal T4 : uw klachten worden waarschijnlijk veroorzaakt door de overgang.
Andere combinaties van bloeduitslagen komen ook voor en betekenen meestal een zeldzamer voorkomende aandoening.