Doorligplekken kunnen ontstaan wanneer iemand langdurig in dezelfde houding moet liggen of zitten. Bijvoorbeeld wanneer iemand bedlegerig is of in een rolstoel zit. Door de aanhoudende druk op de plekken waar het lichaam op rust, kan de huid hier rood worden en kunnen er blaren en wonden ontstaan. Vooral plaatsen waar het botweefsel dicht aan de oppervlakte ligt zijn er gevoelig voor, bijvoorbeeld het stuitje, hielen, ellenbogen, schouderblad, heupen en enkels.
Wanneer eenmaal doorligplekken zijn ontstaan, kan het soms lang duren voordat ze weer verdwenen zijn. Ondertussen kunnen ze veel ongemak en pijn veroorzaken en hebben ze een intensieve verzorging nodig. Wanneer er niks wordt gedaan, kan er een wond ontstaan die steeds groter en dieper wordt. Ook de lagen onder de huid (vet, spieren, pezen, bot) raken dan beschadigd en sterven af. Door te letten op een goede houding, het juiste materiaal en de verzorging van de huid kunt u veel ellende voorkomen.
Wanneer u denkt een doorligplek te krijgen, neem dan contact op met uw huisarts om af te spreken wat u nu moet doen. Bij het ontstaan van een wond zal meestal een wijkverpleegkundige de verdere controle en wondverzorging op zich nemen. Neem sowieso alle bovenstaande tips in acht. Verander hierbij nog vaker van houding dan u al deed. Controleer ook zelf zo mogelijk dagelijks uw huid of laat dit voor u doen. Wanneer de huid er slechter uitziet, de wond stinkt of als u koorts krijgt en u zich beroerd voelt, neem dan direct contact op met uw huisarts.